Leven in een nieuw samengesteld gezin

 

Het nieuw samengesteld gezin bestaat niet

Als we praten over een nieuw samengesteld gezin (NSG), dan hebben we het over een gezin met minstens één kind uit een vorige partnerrelatie.

Dit is waarschijnlijk het enige dat alle nieuw samengestelde gezinnen gemeen hebben. Nieuw samengestelde gezinnen, kunnen immers erg verschillen op het vlak van gezinssamenstelling en omgangsvormen. HET nieuw samengestelde gezin bestaat eigenlijk niet.

Tal van factoren spelen mee in wat er in een nieuw samengesteld gezin nodig zal zijn om tot een organisatie te komen die doeltreffend is en die dat gezin zijn eigenheid geeft:

  • Zijn er leeftijdsverschillen tussen de kinderen: partner 1 heeft oudere kinderen, partner 2 heeft jongere kinderen.

  • Zijn er verschillende manieren waarop het ouderlijk gezag wordt uitgeoefend : de ene partner heeft veel overleg met de moeder van zijn kinderen, de andere partner heeft totaal geen inbreng in de opvoeding van de vader van haar kinderen.

  • Welke kostenregelingen gelden er voor de ene partner-vader van zijn kinderen en andere partner-moeder van haar kind, bijvoorbeeld vader moet een hoog onderhoudsgeld voor zijn kinderen betalen en moeder ontvangt een hoog onderhoudsgeld voor haar kind.

  • Zijn de nieuwe partners in hun eigen scheiding twee eerste beslissers, twee tweede beslissers of een eerste en een tweede beslisser, ...?

  • Zorgen de scheidingsregelingen ervoor dat de partners op gelijkaardige of op een verschillende manier (kunnen) geëngageerd zijn in de opvoeding van hun kinderen?

  • Is er een gelijk of verschillend verloop geweest van de scheidingsprocedure: een echtscheiding door onderlinge toestemming, een echtscheiding op grond van feiten of een echtscheiding onherstelbare ontwrichting van het huwelijk?

  • Is er een negatief of positief beeld over de ex-partner, is dit voor beiden positief of voor beiden negatief, of voor de ene positief en voor de andere negatief.

  • Wat is de verblijfsregeling van de kinderen van de ene partner en de kinderen van andere partner?

  • Zijn er al dan niet ook gemeenschappelijke kinderen?

Verschillende mensen, hiermee worden zowel de kinderen als de partners bedoeld, ontmoeten elkaar op een willekeurig moment in hun levensgeschiedenis. Ieder gezinslid brengt zijn of haar input mee vanuit zijn/haar levensgeschiedenis tot hiertoe. In primaire gezinnen maak je chronologisch de geschiedenis samen mee. Hierdoor is het mogelijk om makkelijker te verstaan waardoor iemand op die of een andere manier omgaat met bepaalde situaties.

Door het feit dat mensen in nieuw samengestelde gezinnen (in vergelijking met primaire gezinnen) elkaar in een andere fase in hun leven ontmoeten, hebben ze tijd nodig om te kunnen begrijpen van waaruit iemand op die manier omgaat met die situatie. Er is tijd nodig om iemand te leren kennen. Meningsverschillen met conflicten en discussies tot gevolg, zijn hiervoor de ideale manier. Tijdens een conflict komt iemand naar buiten met wat hij/zij echt denkt. Dit geeft duidelijkheid en zorgt ervoor dat mensen meer veiligheid kunnen hebben tegenover elkaar.

Het is onder andere dankzij hun conflicten dat de leden van nieuw samengestelde gezinnen duidelijke posities binnen hun nieuwe gezin kunnen krijgen.

Dit is vaak tegenstrijdig met wat mensen eigenlijk willen. Ze hebben net een stukgelopen relatie achter de rug, voelen zich hierdoor misschien een stuk mislukt en hebben behoefte aan een rustig verloop.

Als er een vrij conflictueuze voorgeschiedenis tussen de partners geweest is, is er vaak behoefte aan: nu moet het zeker lukken. Discussies, ruzies worden dan vaak, vanuit een maatschappelijk perspectief, gezien als een barometer voor het al of niet slagen van de relatie.

De weg die moet afgelegd worden heeft als uitkomst een antwoord op de vragen: Wie is wie voor wie? Wie wil de nieuwe partner voor het kind zijn? Wie wil het kind voor de nieuwe partner zijn? Wil de nieuwe partner ook een beetje ouder voor het kind zijn? Wil het  kind dat de nieuwe partner ook een beetje ouder voor hem of haar is? Eenmaal de antwoorden op deze vragen duidelijk zijn, vergroot de kans op rust en stabiliteit in het nieuwe gezin. Dit is echter een proces dat in kleine stapjes verloopt en tijd vraagt.

Een aantal specifieke accenten voor nieuw samengestelde gezinnen op een rijtje.

Er zijn extra taken die moeten volbracht worden:

  • het uitbouwen van een sterke partnerrelatie
  • het in stand houden van de voorgaande ouder / kindrelatie
  • het ontwikkelen van een nieuwe relatie tussen de nieuwe partner van de ouder en de kinderen
  • het opbouwen van een nieuwe relatie tussen de nieuwe gezinsleden

De kinderen zijn onmiddellijk aanwezig van bij het begin van het partner zijn. Er is dus vaak weinig aparte ruimte voor het partner zijn. Dit zet nieuwe partners vaak zwaar onder druk.

Het is niet omdat nieuwe partners voor mekaar kiezen,  dat men automatisch ook voor de kinderen kiest. Nieuwe partners hebben vaak het gevoel dat ze het moeilijk hebben met de kinderen of één van de kinderen. Kan dit gezegd worden zonder dat dit de andere ouder zal kwetsen en dit misschien de partnerrelatie in het gedrang brengt? Vaak zijn deze emoties onuitgesproken omdat het niet echt evident is om ze te verwoorden zonder de ander te kwetsen.

Kinderen worden niet enkel beïnvloed binnen dat ene gezin. Zij horen, zien ook hoe de andere ouder zich voelt bij hoe de relatie tussen hen en die nieuwe partner van de ene ouder georganiseerd geraakt. Dus het is voor nieuw samengestelde gezinnen bijna automatisch dat ze rekening moeten houden met de loyaliteitsgevoelens van de kinderen. Niet enkel de relatie op zich geeft emoties, maar vaak nog veel meer de reactie van de andere ouder op die relatie.

Duidelijke positionering: Binnen primaire gezinnen zijn de posities tegenover elkaar duidelijk.  Het natuurlijke gegeven ouder - kind wordt maatschappelijk ondersteund en de prioriteit van de bloedband is in de wetgeving verankerd. Als ouder heb je naast plichten ook rechten en je krijgt van je sociale omgeving erkenning voor je goede zorgen. De ouderrelatie geeft ook betekenis aan de partnerrelatie.                                                                              

Binnen nieuw samengestelde gezinnen moeten posities verworven worden. Posities bestaan zomaar niet. Het vinden van posities tegenover elkaar gaat vaak via conflicten om op die manier duidelijkheid te krijgen over wie is wie voor wie.

De partner/stiefouder zit in de minst comfortabele positie, hij/zij heeft vaak op verschillende manieren een tweede rangpositie. De ouder-kindrelatie komt vaak vóór de partnerrelatie.

Het is dus voor nieuw samengestelde gezinnen van belang om een manier te ontwikkelen en hierbij ook de tijd te nemen om posities duidelijk te laten worden. Het feit dat er ruimte is om over posities en hoe die beleefd worden, te praten is belangrijk: bijvoorbeeld samen zoeken naar wie gaat wie hoe noemen, vooral ten opzichte van de buitenwereld.

Voorbeeld: moeder wil dat Theo zich opstelt als ouder. Theo heeft zelf geen eigen kinderen, is gescheiden en had vroeger graag kinderen gehad. Theo ziet Frank nu als zijn zoon. Frank beleeft zich echter niet als de zoon van Theo en laat niet toe dat Theo zich als vader opstelt. Moeder weet dat Frank heel belangrijk is voor Theo, dat hij de zoon is die Theo nooit gehad heeft. Hoe moeder hier mee omgaat is een proces dat bewust besproken zal moeten worden niet alleen met Theo maar ook met de kinderen.

Ook de verschillende kinderen moeten zich tegenover de stiefouder en tegenover elkaar positioneren.

Bijvoorbeeld de stiefouder verbiedt iets aan een kind. Het kind luistert niet. Je kan dit begrijpen als: ‘De stiefouder wil gezien worden als iemand die betrokken is op het kind'. Vanuit het kind kan je dit begrijpen als: ‘ik vind niet dat jij iets te zeggen hebt over mij'.

Een klassieker is het volgende: De stiefouder verbiedt iets, het kind luistert niet, loopt naar de eigen ouder die het kind gelijk geeft. De ouder vindt dat de stiefouder dit wel zou toelaten aan zijn eigen kind. Gevolg discussie tussen de twee partners, waarbij het kind de boodschap krijgt dat de eigen ouder vindt dat het zich niet hoeft te laten bepalen door de stiefouder. Vaak gaat de discussie dan over de inhoud van wat verboden werd en gaat de relationele boodschap (wie mag bepalen) verloren.

Dit speelt niet enkel op niveau van de kinderen tegenover de ouder / stiefouder maar ook tussen de kinderen onderling.

Bijvoorbeeld men zit rustig te ontbijten. Mark laat zijn mes vallen. Els, de stiefmama maakt een opmerking. Tom, de papa reageert niet. Jo, de zoon van Els wordt boos op zijn mama. Bij navragen bij Jo ging dit voor hem eigenlijk over het feit dat zijn mama op die manier liet zien dat ze ook mama wil zijn voor Mark en hij dit moeilijk vindt. Deze betekenissen zijn moeilijk onder woorden te brengen en zorgen vaak voor misverstanden.

De ouder en stiefouder die al een echtscheiding achter de rug hebben zijn vaak bang dat het een tweede maal niet zal lukken. Dus zitten mensen in een nieuw samengesteld gezin vaak met het gevoel NU MOET HET LUKKEN. Vanuit dit gevoel is men vaak beducht op conflicten. Hierdoor hebben conflicten al een negatievere betekenis en geven vlugger het gevoel van te mislukken. Terwijl het eigenlijk net nodig is voor een nieuw samengesteld gezin om conflicten te mogen hebben om duidelijke posities te kunnen innemen tegenover elkaar.

Er is vaak veel meer familie: vier grootouders, meer ooms, tantes, neven, nichten, enzovoort. Elke familie heeft zijn gewoontes, kerstdag, Nieuwjaar, verjaardagen, feestdagen, vakanties. Vaak is het combineren van dit alles niet gemakkelijk. Dit maakt het voor het gezin vaak moeilijk om te kunnen beantwoorden aan de verwachtingen van iedereen. Dit kan een grote bron van rijkdom zijn, of het kan voor veel verwarring en problemen zorgen. Of dit een bron van rijkdom is of voor veel problemen zorgt is afhankelijk van het besef van alle betrokkenen (ook in de naaste omgeving van het gezin) van deze complexiteit en de bereidheid om samen te zoeken naar oplossingen. Goed doen voor iedereen is vaak onmogelijk.

Als de kinderen van de ene ouder hun hoofdverblijf hebben in dat gezin en de kinderen van de andere ouder enkel in het WE in dat gezin verblijven, kan dit vaak aanleiding geven tot spanningen. Klassiek: weekend ouder is toegeeflijker tegenover zijn eigen kinderen die enkel in het weekend komen dan tegenover de kinderen van de andere ouder die full-time aanwezig zijn. 

Deze korte beschouwing heeft vooral als bedoeling om duidelijk te maken dat de complexiteit voor een NSG groot is. Door te doen alsof die complexiteit er niet is wordt de kans op een moeilijk verloop groter. Complexiteit betekent niet ‘minder waardevol'. Als mensen tijd nemen om woorden te gebruiken om deze onderliggende relationele complexiteit zichtbaar te maken wordt de situatie vaak veel meer hanteerbaar. Bewust omgaan met deze complexiteit kan er ook voor zorgen dat op het eerste zicht onnodige meningsverschillen, discussies en conflicten over schijnbaar onbenullige inhouden, vanuit een ander perspectief kunnen benaderd worden.

© Manivel vzw - mei 2007- Franky De Meyer, fragment uit vorming voor VCOK over nieuw samengestelde gezinnen.